Samenvatting
Kees, net 21, zit met vragen rondom internaatsverleden en echtscheiding ouders. Tevens zijn er problemen met werk, besteding inkomen, met hospita.
Op een activerende manier volgens het TGH model wordt met en door Kees gewerkt aan herstelcontacten met zijn gescheiden ouders, terughalen van internaatservaringen, worden zoektochten gemaakt naar huisvestingsmogelijkheden en worden in samenwerking met Arbo-dienst en arbeidsconsulente scholings- en werkmogelijkheden op de rails gezet. Door het stap voor stap boeken van resultaten (en het incasseren van teleurstellingen) groeit, als belangrijk nevenproduct, het zelfvertrouwen van Kees. Na 13 contacten woont Kees op zichzelf, gaat hij met scholing en begeleiding verder in zijn oude baan, zijn de contacten met zijn ouders hersteld, gaat hij regelmatig sporten en is hij van mening dat het oud zeer uit zijn verleden is opgelost.
Zelfvertrouwen, verwerking internaatsverleden, verwerking echtscheiding door kinderen, huisvestingsproblematiek, psychosociale problematiek
- pleeggezinplaatsing jongvolwassenen, huisvesting jongvolwassenen,
- ambulante woonbegeleiding van het RIBW
- scholing, beroepskeuze
- participatie cliënten bij hulpverleningsproces
- opdrachten tijdens contacten, oefeningen tijdens contacten, tussentijdse taken
- samenwerking met bedrijfsarts, arbeidsconsulente, pleeggezincentrale en RIAGG /GGZ
- gesprekscontacten
- steun en leuncontact
- TaakGerichteHulpverlening
- werken met taken bij verwerkingsvragen
- werken aan combinatie van immateriële en materiële hulpvragen, verdelen beschikbare tijd voor immateriële en materiële hulpvragen
- concreet vastleggen resultaten hulpverlening
- werken met beperkte, van tevoren vastgestelde tijdslimiet.
Samenvatting
Kennisgroep
Praktijk Lou Jagt
Samenvatting
Kees, net 21, zit met vragen rondom internaatsverleden en echtscheiding ouders. Tevens zijn er problemen met werk, besteding inkomen, met hospita.
Op een activerende manier volgens het TGH model wordt met en door Kees gewerkt aan herstelcontacten met zijn gescheiden ouders, terughalen van internaatservaringen, worden zoektochten gemaakt naar huisvestingsmogelijkheden en worden in samenwerking met Arbo-dienst en arbeidsconsulente scholings- en werkmogelijkheden op de rails gezet. Door het stap voor stap boeken van resultaten (en het incasseren van teleurstellingen) groeit, als belangrijk nevenproduct, het zelfvertrouwen van Kees. Na 13 contacten woont Kees op zichzelf, gaat hij met scholing en begeleiding verder in zijn oude baan, zijn de contacten met zijn ouders hersteld, gaat hij regelmatig sporten en is hij van mening dat het oud zeer uit zijn verleden is opgelost.
Zelfvertrouwen, verwerking internaatsverleden, verwerking echtscheiding door kinderen, huisvestingsproblematiek, psychosociale problematiek
- pleeggezinplaatsing jongvolwassenen, huisvesting jongvolwassenen,
- ambulante woonbegeleiding van het RIBW
- scholing, beroepskeuze
- participatie cliënten bij hulpverleningsproces
- opdrachten tijdens contacten, oefeningen tijdens contacten, tussentijdse taken
- samenwerking met bedrijfsarts, arbeidsconsulente, pleeggezincentrale en RIAGG /GGZ
- gesprekscontacten
- steun en leuncontact
- TaakGerichteHulpverlening
- werken met taken bij verwerkingsvragen
- werken aan combinatie van immateriële en materiële hulpvragen, verdelen beschikbare tijd voor immateriële en materiële hulpvragen
- concreet vastleggen resultaten hulpverlening
- werken met beperkte, van tevoren vastgestelde tijdslimiet.
Aanmelding
Geslacht
Man
Leeftijd
Onbekend
Herkomst
Onbekend
Gezinssituatie
Onbekend
Inkomen
Onbekend
Aanmeldingsverslag
Man, net 21 jaar geworden, woont zelfstandig op een kamer, werkt via het arbeidsbureau. Kees zoekt hulp, omdat hij voelt dat hij last heeft van onrust en onvrede. Hij kan zich niet concentreren en is heel emotioneel. Hierdoor komt hij in de problemen op zijn werk, met zijn hospita, met familie en kennissen. Kees heeft vanaf zijn kleutertijd gedragsproblemen. Hij is op jonge leeftijd hiervoor opgenomen in twee verschillende internaten. Kees wil greep op zijn leven krijgen, werk waar hij zich bij thuis voelt en huisvesting die bij hem past.
Intake
Hulpverleden
Onbekend
Problematiek 1
Psychische problemen Overige
Problematiek 2
Problematiek 3
Huisvesting
Intakeverslag
Probleemexploratie:
Doel van dit gesprek: verdere probleemexploratie. het rangschikken van de problemen: aan welke problemen kent de cliënt prioriteit toe en vervolgens te bespreken hoe wij hieraan zullen gaan werken.
Probleemexploratie: een overzicht van het geheel aan problemen.
ad la.: Wat vertelt de cliënt over zijn problemen?
Kees snapt niet goed waarom zoveel dingen in zijn jeugd zijn misgelopen; heb ik daar zelf schuld aan; was ik een onmogelijk kind; waarom konden mijn ouders mij niet aan?
Doordat hij geen zicht hierop heeft, weet hij met wat zijn plek nu is bij zijn familie en hoe hij zich wilt opstellen. Hij wordt in de contacten met zijn familie gehinderd door gevoelens van boosheid, verdriet, het zich in de steek gelaten voelen enerzijds, en anderzijds gevoelens van twijfels, zich incompetent en schuldig voelen als de “mislukte” zoon.
Het oorspronkelijke gezin is helemaal uiteengevallen; na de scheiding zijn de ouders met hun nieuwe partner gaan samenwonen en hebben nieuwe gezinnen gesticht. De broers en zussen uit het stamgezin wonen ieder zelfstandig met of zonder partner. Om zicht te krijgen op alle relaties maken wij een sociogram (link leggen naar maken van sociogram)
Kees voelt zich nergens “thuis”, hij voelt zich eenzaam, maar kan de nabijheid van anderen ook met verdragen. Bezoekjes lopen vaak uit op frustraties.
Kees heeft behoefte aan meer informatie en duidelijkheid over zijn jeugd zodat hij verbanden kan gaan leggen en kan kiezen hoe hij zich wil opstellen. De maatschappelijk werker kan hem op zijn zoektocht als gids begeleiden: doorpraten van welke vragen gesteld kunnen worden aan wie, het voor- en nabespreken van gesprekken met zijn vader en moeder, bet uiten van gevoelens. De internaatsperiode, bet seksueel misbruik, de periode na zijn 15e jaar zijn voor Kees op dit moment minder in beeld. Wij besluiten dat (voorlopig) te laten rusten.
Andere problemen die de cliënt meldt zijn:
*Problemen met huisvesting.
Kees woont op een kamer. Zijn hospita heeft te kennen gegeven dat zij met Kees wil praten. Er zijn al langere tijd spanningen tussen hen. Kees ontwijkt haar; hij voelt zich belaagd door haar. Op mijn vraag hoe hij dit denkt op te lossen zegt hij daar weg te gaan. Een voorstel om toch te gaan praten, eventueel met bemiddeling van zijn vader of met het m.w. wijst hij af Welke oplossing heeft Kees voor ogen voor zijn huisvestingsprobleem? Daar heeft hij nog met op doorgedacht. Hieruit blijken zijn beperkingen: hij is nogal impulsief en sociaal met erg vaardig.
Problemen met zijn werk.
Kees kan mij niet duidelijk maken hoe het precies zit: is hij in de ziektewet omdat hij teveel klachten had om zijn werk te doen, of heeft de baas te kennen gegeven dat hij met hoeft te komen werken? Is zijn loon/uitkering in gevaar?
Hij is te verward om hierop antwoord te kunnen geven. Kees was het laatst via het arbeidsbureau aan bet werken bij een stucadoorsbedrijf. Het werk vindt hij lichamelijk erg zwaar; hij heeft rugklachten. Verder zegt hij het werk niet vol te houden omdat zijn hoofd zo ’warrig' is.
Ik adviseer hem om zich ziek te melden, zodat er even tijd komt om het een en ander uit te zoeken.
Cliënt gebruikt geen drugs.
Die periode heb ik gehad. ..“ Hij vertelt verder dat hij in die periode in aanraking kwam met jongeren die met drugs bezig waren. Hij heeft voor zichzelf de conclusie getrokken dat hij het de contacten met die mensen met zal vinden. Bovendien voelde hij dat hij met tegen hen was opgewassen en dat het belangrijk was om die contacten te verbreken voor het te laat zou zijn.
Cliënt heeft problemen met controle op alcohol.
Hij moet voorkomen wegens rijden onder invloed. Hij zegt alleen teveel te drinken als hij uit is in het weekend.
ad c. Door werker gesignaleerde problemen
Kees is een jonge man die nog met geheel zelfstandig is; hij heeft beperkingen die in hemzelf liggen: hij is chaotisch, impulsief en met sociaal vaardig. Daarbij wordt hij gehinderd door veel negatieve ervaringen en tegenslagen in zijn leven, al of niet zelf bewerkstelligd, die hij niet verwerkt heeft. Het is daarom niet gek dat hij vastloopt.
Ik vind het erg goed dat hij dit zelf voelt en nu hulp zoekt. Dat wil zeggen dat hij zichzelf de moeite waard vindt om er tijd en energie in te steken.
Kees heeft naar mijn mening structuur en begeleiding nodig, feedback in zijn eigen aandeel in de loop van de dingen, en verder stimulans en ondersteuning en veel bevestiging.
Kees voelt zich gesteund door de erkenning dat het wel veel gevraagd is om op 21-jarige leeftijd, met een moeilijke jeugd achter je, alleen en zelfstandig te moeten zijn. Hij mag daar zeker nog hulp bij hebben.
Met de samenvatting van de bovengenoemde problemen, zoals Kees ze naar voren brengt en mijn mening, aanvullingen en uitleg daarop, kan Kees het eens zijn.
Ik bespreek met hem hoe wij daar samen aan gaan werken. In de beginfase zullen wij wekelijks contact hebben.
Naast het praten over zijn jeugd en de gevolgen daarvan in zijn leven, zullen ook de praktische zaken verduidelijkt en geregeld moeten worden. Wij spreken af dat de tijd die wij uittrekken voor elk gesprek verdeeld wordt: 1/2 uur praten wij over het verleden en 1/2 uur besteden wij aan regelzaken. Wij zullen daarom opdrachten (taken) met elkaar afspreken die ook uitgevoerd moeten worden.
Hulpverlening
Werkwijze 1
Onbekend
Werkwijze 2
Onbekend
Methodiek 1
Methodiek 2
Methodiek 3
Hulpverleningsplan
PROBLEEMAFBAKENING
1. De cliënt geeft prioriteit aan:
Het verwerken van zijn verleden.
Huisvestingsprobleem.
Werk en toekomst.
Om aan verwerking toe te komen moet er m.i. eerst aan de basisbehoeften voldaan worden: het veiligstellen van huisvesting en inkomsten. Hier moeten eerst voorlopige oplossingen voor komen. De cliënt gaat ermee akkoord; hij zal zich ziek melden en hij zal zelf een voorlopige andere huisvesting zoeken. Hij denkt even bij zijn zus in te kunnen wonen.
PROBLEEMSPECIFICATIE
1. Probleemcategorie:
*Er is sprake van psychosociale problematiek
*Verwerkingsproblematiek: verdriet, boosheid, veel onduidelijkheid over zijn jeugd belemmeren de cliënt in zijn leven
*Sociale redzaamheidsproblematiek. De cliënt heeft moeite om zich zelfstandig staande te houden. Hij heeft geen vast werk, hij heeft geen goede huisvesting, hij heeft moeite met sociale contacten, hij heeft moeite met vrijetijdsbesteding en met budgetbeheersing.
2. Welke rol speelt het probleem nu in het leven van de cliënt; welke last heeft hij ervan?
De combinatie van problemen in zijn verleden die hij met verwerkt heeft en problemen nu die te maken hebben met een onvoldoende sociale redzaamheid, maken de cliënt erg kwetsbaar en onzeker. Cliënt voelt zich gespannen, is emotioneel en heeft minder greep op zijn leven. Hij loopt het risico om van het ene probleem in het andere te komen. Bovendien reageert zijn omgeving op zijn onvermogen: “Kees blijft een moeilijke jongen....”. Zijn zwakke gevoel van eigenwaarde wordt negatief versterkt.
3. Wie zijn erbij betrokken?
Zijn vader en zijn moeder.
Zolang Kees met zoveel vragen en onduidelijkheden over zijn verleden zit, bepaalt dat zijn relatie tot beide ouders: hij is zoekend naar zijn plek die hij wil en kan innemen en hij is zoekend naar erkenning.
Voor Kees is belangrijk om te weten of hij zelf mede oorzaak is van de scheiding van zijn ouders Deze schuldvraag heeft hem blijkbaar jaren belast. Hij heeft daar irreële gedachten over.
Bij de problemen met werk zijn betrokken:
- de bedrijfsvereniging en de verzekeringsarts.
- het arbeidsbureau en de arbeidsconsulent.
Bij de problemen met huisvesting zijn betrokken:
- de huisvestingsvereniging.
- de particuliere kamerverhuurder.
Toen Kees in oktober 21 jaar werd stelde hij voor zichzelf vast dat hij er nog met in staat is om als volwassene evenwichtig door het leven te gaan . Hij vond het tijd worden om schoon schip te maken en positiever in het leven te staan. Problemen op het werk en met de huisvestingssituatie verhoogden de spanningen zodanig, dat hij met meer kon functioneren.
5. Wat heeft de cliënt zelf tot nu toe aan het probleem gedaan? Wat zijn de effecten?
Wat wil hij er nog aan doen?
Kees heeft regelmatig korte bezoekjes gebracht aan zijn ouders. Doordat hij zelf niet open en duidelijk was in zijn behoeften, waren deze contacten frustrerend.
Kees zal zijn ouders vragen of zij nog over informatie beschikken over onderzoeken die in zijn jeugd gedaan zijn, en hen zeggen dat hij er behoefte aan heeft met hen te praten over het verleden.
Kees staat ingeschreven als woningzoekende bij de huisvestingsvereniging. Hij komt nog met in aanmerking voor zelfstandige woonruimte (wachtlijst). Hij wil een gesprek aanvragen om zijn situatie uit te leggen.
Kees heeft in 1995 een loopbaanonderzoek gehad via het arbeidsbureau. Hij zal de uitslag van dit onderzoek zoeken en meenemen, zodat wij meer zicht krijgen op zijn mogelijkheden en beperkingen.
6. Welke factoren houden het probleem in stand en/of welke hindernissen houden oplossingen tegen?
a. in de omstandigheden en situatie van de cliënt:
Kees is chaotisch in denken en handelen. Doordat hij zo geïsoleerd leeft krijgt hij geen duidelijke feedback en leiding, alleen kritiek Zijn ouders zijn gescheiden en leven ieder hun eigen leven met hun nieuwe gezinnen. Echte aandacht en sturing lijken te ontbreken. Broers en zussen kunnen hem dit evenmin bieden.
b. in de relatie van de cliënt met zijn omgeving ( personen en organisaties):
Kees is niet open en duidelijk in het uiten van zijn behoeften en gevoelens. Hierdoor reageert de omgeving met goed op hem. Contacten blijven oppervlakkig en frustrerend. Kees laat een onhandige, stoere, onverschillige kant zien en krijgt daar vaak kritiek op. Dit versterkt zijn negatieve zelfbeeld.
In de gesprekken met het A.M.W. laat hij zijn kwetsbaarheid en emoties beter zien: hij krijgt hierop steun en feedback, helderheid en structuur. Hij raakt hierdoor enthousiast en heeft de neiging te hard te gaan. Hij is zeer gemotiveerd. Hij komt afspraken en opdrachten goed na.
c. in de overtuigingen van de cliënt:
Kees weet van zichzelf dat hij chaotisch is en soms te impulsief handelt. Hij leert niet snel van fouten en heeft ook de neiging om de schuld bij de ander te leggen (b.v.” de hospita is een geschift mens”, of het werk is veel te zwaar, ze laten mij met zware zakken sjouwen”. Hij blijft in een overtuiging steken en maakt het probleem zwaarder en geeft er vervolgens de brui aan. Zo is hij er min of meer van overtuigd dat hij de schuld is van de echtscheiding van zijn ouders.
d. in gedrag, handelwijzen, sociale vaardigheden van de cliënt:
Kees laat onhandig, stoer en onverschillig gedrag zien. Hij is niet sociaal vaardig. Hij is impulsief. In het verleden toonde hij weinig inzichtelijk vermogen; oorzaak - gevolg inzicht.
7. De wensen van de cliënt: wat moet bereikt zijn, wil er sprake zijn wil vermindering van het probleem.
Kees hoopt inzicht en duidelijkheid te krijgen in de loop van gebeurtenissen in zijn jeugd. Hij hoopt zijn verleden en de keuze van zijn ouders te kunnen invoelen en begrijpen. Hij hoopt zichzelf beter te gaan kennen in zijn goede en minder goede kanten. Hij hoopt stabieler te worden en een “normaal” leven te kunnen leiden, met een eigen stek, met werk, met rust en regelmaat, met ooit een leuke vriendin.
HULPVERLENINGSOVEREENKOMST
1. Gewerkt gaat worden aan de volgende problemen:
Verwerking van een moeilijke jeugd door een completer beeld te krijgen van de gebeurtenissen in het verleden en de daarbij horende emoties te kunnen uiten en herschikken.
Het huisvestingsprobleem. Gekeken zal worden welke tussenstappen genomen worden tot definitieve huisvesting mogelijk is.
Het krijgen van een vaste baan. Gekeken zal worden welke opleiding en of bemiddeling nodig is hiertoe.
2. Overeengekomen doelen:
Kees hoopt rust te vinden als voor hem zijn verleden duidelijker is; hij hoopt zijn ouders te kunnen begrijpen en zelf minder verdriet te voelen. Hij hoopt dat de contacten dan zullen verbeteren.
Hij hoopt een goede woonplek te vinden, waar hij zich kan ontspannen en mensen kan ontvangen.
Hij hoopt werk te vinden, zodat hij een goede tijdsbesteding en vast ritme krijgt en een vast inkomen.
3. Overeengekomen werkwijze:
In de hulpverleningscontacten wordt tijd uitgetrokken voor het praten over het verleden, zijn gevoelens en gedachten. Gezien de gecompliceerdheid van deze verwerkingsproblematiek houden wij de mogelijkheid open om een deel van de behandeling bij het Riagg te doen. Wij kunnen dit na twee contacten beter bekijken.
In de hulpverlening wordt tijd uitgetrokken voor het bespreken van regelzaken. Er zullen afspraken en taken uit voort komen, die nagekomen en uitgevoerd moeten worden. Zowel van mij als hulpverlener, als van Kees zal een actieve en betrokken houding verwacht worden.
Om te overleggen en samen te werken met andere instanties geeft Kees zijn toestemming door het ondertekenen van de akkoordverklaring. Overleg met anderen gebeurt altijd nadat dit besproken is met Kees.
De rol van de hulpverlener zal zijn: een luisterend oor, een steunpilaar, een klankbord, een gids, een stimulans en ev. afstemmer, een bemiddelaar. In de loop van de hulpverlening zullen de accenten verschuiven, en zal Kees in een stabiele situatie zaken zelf kunnen hanteren.
4. Hoofdtaak, eerste ronde van taken:
Aan de hand van het zoeken naar meer gegevens over vroeger zal getracht worden het verleden meer in beeld te krijgen, de puzzel completer te maken.
Kees zal met zijn ouders gaan praten.
Het verkrijgen van geschikte woonruimte zal veel tijd kosten en er zullen tussenstappen gezet moeten worden. Kees maakt een afspraak voor een gesprek met de woningbouwverenging. Daarna zal ik met hen contact opnemen. Kees vraagt binnen zijn familie om een tijdelijke huisvesting.
Het verkrijgen van een geschikte baan zal tijd en overleg kosten. Momenteel is Kees met rustig en stabiel om hierin een weloverwogen keuze te maken. Om zijn inkomen veilig te stellen meldt Kees zich ziek. In een later volgend contact met de bedrijfsarts za! de situatie nader uitgelegd worden en zal om medewerking gevraagd worden.
5. Tijdsduur, aantal contacten, einddatum:
De contacten duren 1 uur. De tijd wordt opgesplitst voor het ventileren en verwerken en voor regelzaken.
In de eerste maand zullen wekelijks contacten zijn. Daarna om de 2 weken.
Naar verwachting za! het hulpverleningscontact 6 maanden duren en zal daarna een onderhoudscontact volgen.
Het streven is dat Kees zijn 22e verjaardag (in okt.) kan vieren als een jonge man in een stabiele situatie.
TAAKSELECTIE EN TAAKVOORBEREIDING
Cliënttaak 1:
Kees vraagt aan zijn vader en moeder of zij hem meer kunnen vertellen over zijn jeugd en of er informatie is van de internaatsperiode. Om in alle rust hierover met zijn ouders te kunnen praten zal Kees van te voren aankondigen dat hij graag een rustig gesprek wil voeren met hen, zodat zij met gestoord of afgeleid worden. Kees denkt hier 2 weken voor nodig te hebben. Daarna zullen wij er over praten.
Kees denkt deze taak uit te kunnen voeren, hoewel hij er zenuwachtig voor is. De wens naar duidelijkheid is motiverend.
1k heb met Kees besproken dat de gesprekken kunnen tegenvalIen, omdat zijn ouders b.v. hier weerstanden bij hebben. Ook moet hij er rekening mee houden dat in één gesprek zijn vragen niet beantwoord zullen zijn. Verder mag Kees zijn emoties laten zien; hij hoeft zich daarvoor niet te schamen. Het kan juist de ernst van zijn vragen en zijn problemen verduidelijken.
Cliënttaak 2:
Kees belt naar de bedrijfsverenging om zich ziek te melden. Dit telefonisch gesprek oefenen wij eerst, waarna Kees in mijn bijzijn zelf belt.
Daarna valt er zichtbaar een last van hem af’.
Cliënttaak 3:
Kees bedenkt waar hij voorlopig onderdak kan vragen. Hij overweegt om het zijn zus te vragen. Wij spreken tijdens het contact door welke kostprijs reëel is en welke vragen en afspraken gesteld en gemaakt moeten worden. Deze schrijven wij op, zodat Kees eraan kan denken tijdens het gesprek met zijn zus.
Tussentijdse evaluatie
Evaluatie
Als antwoord op de evaluatievragen bij afronding schreef Kees dat zowel hij als anderen vonden dat zijn oorspronkelijke doelstellingen in belangrijke mate waren gehaald.
Over de manier van werken zegt hij: Goed. Heel duidelijk en goed te overzien waar we mee bezig zijn. Ik vond het ook leuk dat ik opdrachten kreeg en dat die daarna besproken werden. Je ziet dan welke dingen gelukt zijn.
Over het verder gaan zonder hulp zegt hij: Ik voel mij veel rustiger en sterker en heb beter door hoe ik in moeilijke situaties moet denken voor ik iets doe. Ik durf ook meer te vragen of te zeggen. Als ik ergens mee zit durf ik naar het maatschappelijk werk terug te gaan.
Vervolg? Zo ja waarom? Ja, na 3 maanden. Ik vind het moeilijk om nu helemaal geen contact meer te hebben en om alles alleen te doen, hoewel ik denk dat ik het nu kan.
Van het AMW krijg ik dan weer tips. Dat vind ik prettig.
Het eindoverzicht ziet er als volgt uit:
Oorspronkelijke probleemomschrijving:
Psycho-sociale problematiek. Kees loopt vast in zijn sociale redzaamheid. Hij heeft spanningsklachten en is de greep op zijn leven kwijt.
Oorspronkelijke doelstelling:
- verwerken van gebeurtenissen uit het verleden
- bereiken van zekerheid en stabiliteit in wonen en werken
Huidige probleemomschrijving:
Kees ervaart nu geen problemen
Wat is van doelstelling gehaald?
Kees heeft delen uit zijn verleden onderzocht en doorgesproken. Dit heeft hem duidelijkheid en begrip opgeleverd, meer rust en een beter contact met zijn ouders. Kees heeft een eigen woonruimte en vast werk.
Welke taken bleken het meest effectief?
De contacttaken: het doorpraten van gegevens uit rapporten en uit gesprekken met zijn ouders (externe taken)
Het zetten van afgebakende stappen bij en met instanties en de ervaringen meteen nabespreken.
Afgesproken aantal contacten: 20
Werkelijk aantal contacten: 14
Reden Afsluiting
Hulpverlening afgerond
Verwezen
Onbekend
naar
Eindverslag / Eind-evaluatie
Opmerkingen van de mw'er side de casus heeft gedaan.
Ik vind deze casus om verschillende redenen interessant. In de eerste plaats laat het zien hoe complex de verwevenheid van immateriële en materiële problemen kan zijn. Het piekeren van Kees over zijn jeugdervaringen heeft zoveel invloed op zijn huidige dagelijkse leven dat hij problemen krijgt met zijn huisvesting, met zijn werk, in de contacten met zijn familie. In de tweede plaats vind ik de casus interessant omdat getoond wordt dat het mogelijk is om van begin af aan cliënt bij de aanpak te betrekken. Hij kan zijn verhaal kwijt maar vervolgens wordt samen met hem nagegaan welke aspecten van zijn verhaal hem het meeste dwarszitten en wat daaraan zou kunnen gebeuren. Van begin af aan is het werken geblazen, op een manier en in een richting die Kees vertrouwen schenkt. Opvallend is dat, nu de gesprekken met vader en moeder zijn voorbereid, deze contacten resultaat opleveren, terwijl zij voorheen min of meer in conflicten eindigden.
Interessant vind ik eveneens de afspraak dat de contacten tussen Kees en werker voor de helft worden besteed aan materiële en voor de helft aan immateriële zaken. Als je dit van tevoren afspreekt is het acceptabel om van het ene aspect naar het andere over te stappen.
De formulering van de doelstellingen vind ik aan de zwakke kant. Kees hoopt dit, Kees hoopt dat. Ik kies voor de formulering: Kees laat zijn verleden met rust. Hij heeft een goed contact met zijn vader en moeder. Kees heeft een eigen werkplek. Kees heeft een baan.
Hoe scherper de doelen zijn omschreven, hoe gerichter de aanpak kan zijn.
Een heel goede strategie van de werker vind ik het meegaan in de wens van Kees voor een pleeggezinplaatsing om alsnog te ervaren wat het leven in een gewoon gezin betekent. De kans van slagen was natuurlijk bijzonder klein, maar de werker staat daar niet bij stil Zij neemt zijn wens serieus en gaat serieus aan het werk met vragen van mogelijkheden bij pleeggezincentrale en het toestemmening vragen voor een advertentie (die Kees zelf moet plaatsen en betalen). Als het allemaal op niets uitloopt kan Kees dit idee achter zich laten en zich gaan richten op het zelfstandig woonruimte gaan zoeken. De kans is zeker aanwezig dat bij bezwaren van de kant van de werker en een weigering om er aan mee te werken (omdat de kans van slagen vrijwel nihil was) Kees de onvervulde wens zou blijven koesteren en de werker verantwoordelijk stellen voor het niet kunnen opvullen van een “gat” uit zijn verleden.
Wat mij natuurlijk ook zeer aanspreekt is dat het verloop van deze casus helder is weergegeven, dat de beginsituatie duidelijk omschreven is, dat het keuzeproces waaraan gewerkt gaat worden helder gemaakt is, dat doelen worden gesteld, dat goed te volgen is welke stappen worden ondernomen en waarom deze stappen worden ondernomen, wat bij afronding de situatie is en (door eind- en beginsituatie met elkaar te vergelijken) wat de resultaten zijn van deze hulpverleningsroute.
Wat in deze casus opvalt dat gewerkt is met het scoren op een vijfpuntsschaal van de zowel door de cliënt als door de werker uitgevoerde taken. Aan de hand van deze scoringen kan de effectiviteit van de uitvoering van de taken in kaart worden gebracht en zo nodig worden bijgestuurd.
Met gebruikmaking van een soortgelijke schaal, maar dan afgestemd op probleemveranderingen, kunnen verschuivingen in de problemen worden gescoord. Daarna kunnen verbindingen worden gemaakt tussen probleemverschuivingen en de taken die hierbij behulpzaam zijn geweest.
Proces
Probleemexploratie:
17-12-1996:
Doel van dit gesprek: verdere probleemexploratie. het rangschikken van de problemen: aan welke problemen kent de cliënt prioriteit toe en vervolgens te bespreken hoe wij hieraan zullen gaan werken.
Probleemexploratie: een overzicht van het geheel aan problemen.
ad la.: Wat vertelt de cliënt over zijn problemen?
Kees snapt niet goed waarom zoveel dingen in zijn jeugd zijn misgelopen; heb ik daar zelf schuld aan; was ik een onmogelijk kind; waarom konden mijn ouders mij niet aan?
Doordat hij geen zicht hierop heeft, weet hij met wat zijn plek nu is bij zijn familie en hoe hij zich wilt opstellen. Hij wordt in de contacten met zijn familie gehinderd door gevoelens van boosheid, verdriet, het zich in de steek gelaten voelen enerzijds, en anderzijds gevoelens van twijfels, zich incompetent en schuldig voelen als de “mislukte” zoon.
Het oorspronkelijke gezin is helemaal uiteengevallen; na de scheiding zijn de ouders met hun nieuwe partner gaan samenwonen en hebben nieuwe gezinnen gesticht. De broers en zussen uit het stamgezin wonen ieder zelfstandig met of zonder partner. Om zicht te krijgen op alle relaties maken wij een sociogram (link leggen naar maken van sociogram)
Kees voelt zich nergens “thuis”, hij voelt zich eenzaam, maar kan de nabijheid van anderen ook met verdragen. Bezoekjes lopen vaak uit op frustraties.
Kees heeft behoefte aan meer informatie en duidelijkheid over zijn jeugd zodat hij verbanden kan gaan leggen en kan kiezen hoe hij zich wil opstellen. De maatschappelijk werker kan hem op zijn zoektocht als gids begeleiden: doorpraten van welke vragen gesteld kunnen worden aan wie, het voor- en nabespreken van gesprekken met zijn vader en moeder, bet uiten van gevoelens. De internaatsperiode, bet seksueel misbruik, de periode na zijn 15e jaar zijn voor Kees op dit moment minder in beeld. Wij besluiten dat (voorlopig) te laten rusten.
Andere problemen die de cliënt meldt zijn:
*Problemen met huisvesting.
Kees woont op een kamer. Zijn hospita heeft te kennen gegeven dat zij met Kees wil praten. Er zijn al langere tijd spanningen tussen hen. Kees ontwijkt haar; hij voelt zich belaagd door haar. Op mijn vraag hoe hij dit denkt op te lossen zegt hij daar weg te gaan. Een voorstel om toch te gaan praten, eventueel met bemiddeling van zijn vader of met het m.w. wijst hij af Welke oplossing heeft Kees voor ogen voor zijn huisvestingsprobleem? Daar heeft hij nog met op doorgedacht. Hieruit blijken zijn beperkingen: hij is nogal impulsief en sociaal met erg vaardig.
Problemen met zijn werk.
Kees kan mij niet duidelijk maken hoe het precies zit: is hij in de ziektewet omdat hij teveel klachten had om zijn werk te doen, of heeft de baas te kennen gegeven dat hij met hoeft te komen werken? Is zijn loon/uitkering in gevaar?
Hij is te verward om hierop antwoord te kunnen geven. Kees was het laatst via het arbeidsbureau aan bet werken bij een stucadoorsbedrijf. Het werk vindt hij lichamelijk erg zwaar; hij heeft rugklachten. Verder zegt hij het werk niet vol te houden omdat zijn hoofd zo ’warrig' is.
Ik adviseer hem om zich ziek te melden, zodat er even tijd komt om het een en ander uit te zoeken.
Cliënt gebruikt geen drugs.
Die periode heb ik gehad. ..“ Hij vertelt verder dat hij in die periode in aanraking kwam met jongeren die met drugs bezig waren. Hij heeft voor zichzelf de conclusie getrokken dat hij het de contacten met die mensen met zal vinden. Bovendien voelde hij dat hij met tegen hen was opgewassen en dat het belangrijk was om die contacten te verbreken voor het te laat zou zijn.
Cliënt heeft problemen met controle op alcohol.
Hij moet voorkomen wegens rijden onder invloed. Hij zegt alleen teveel te drinken als hij uit is in het weekend.
ad c. Door werker gesignaleerde problemen
Kees is een jonge man die nog met geheel zelfstandig is; hij heeft beperkingen die in hemzelf liggen: hij is chaotisch, impulsief en met sociaal vaardig. Daarbij wordt hij gehinderd door veel negatieve ervaringen en tegenslagen in zijn leven, al of niet zelf bewerkstelligd, die hij niet verwerkt heeft. Het is daarom niet gek dat hij vastloopt.
Ik vind het erg goed dat hij dit zelf voelt en nu hulp zoekt. Dat wil zeggen dat hij zichzelf de moeite waard vindt om er tijd en energie in te steken.
Kees heeft naar mijn mening structuur en begeleiding nodig, feedback in zijn eigen aandeel in de loop van de dingen, en verder stimulans en ondersteuning en veel bevestiging.
Kees voelt zich gesteund door de erkenning dat het wel veel gevraagd is om op 21-jarige leeftijd, met een moeilijke jeugd achter je, alleen en zelfstandig te moeten zijn. Hij mag daar zeker nog hulp bij hebben.
Met de samenvatting van de bovengenoemde problemen, zoals Kees ze naar voren brengt en mijn mening, aanvullingen en uitleg daarop, kan Kees het eens zijn.
Ik bespreek met hem hoe wij daar samen aan gaan werken. In de beginfase zullen wij wekelijks contact hebben.
Naast het praten over zijn jeugd en de gevolgen daarvan in zijn leven, zullen ook de praktische zaken verduidelijkt en geregeld moeten worden. Wij spreken af dat de tijd die wij uittrekken voor elk gesprek verdeeld wordt: 1/2 uur praten wij over het verleden en 1/2 uur besteden wij aan regelzaken. Wij zullen daarom opdrachten (taken) met elkaar afspreken die ook uitgevoerd moeten worden.
PROBLEEMAFBAKENING
1. De cliënt geeft prioriteit aan:
Het verwerken van zijn verleden.
Huisvestingsprobleem.
Werk en toekomst.
Om aan verwerking toe te komen moet er m.i. eerst aan de basisbehoeften voldaan worden: het veiligstellen van huisvesting en inkomsten. Hier moeten eerst voorlopige oplossingen voor komen. De cliënt gaat ermee akkoord; hij zal zich ziek melden en hij zal zelf een voorlopige andere huisvesting zoeken. Hij denkt even bij zijn zus in te kunnen wonen.
PROBLEEMSPECIFICATIE
1. Probleemcategorie:
*Er is sprake van psychosociale problematiek
*Verwerkingsproblematiek: verdriet, boosheid, veel onduidelijkheid over zijn jeugd belemmeren de cliënt in zijn leven
*Sociale redzaamheidsproblematiek. De cliënt heeft moeite om zich zelfstandig staande te houden. Hij heeft geen vast werk, hij heeft geen goede huisvesting, hij heeft moeite met sociale contacten, hij heeft moeite met vrijetijdsbesteding en met budgetbeheersing.
2. Welke rol speelt het probleem nu in het leven van de cliënt; welke last heeft hij ervan?
De combinatie van problemen in zijn verleden die hij met verwerkt heeft en problemen nu die te maken hebben met een onvoldoende sociale redzaamheid, maken de cliënt erg kwetsbaar en onzeker. Cliënt voelt zich gespannen, is emotioneel en heeft minder greep op zijn leven. Hij loopt het risico om van het ene probleem in het andere te komen. Bovendien reageert zijn omgeving op zijn onvermogen: “Kees blijft een moeilijke jongen....”. Zijn zwakke gevoel van eigenwaarde wordt negatief versterkt.
3. Wie zijn erbij betrokken?
Zijn vader en zijn moeder.
Zolang Kees met zoveel vragen en onduidelijkheden over zijn verleden zit, bepaalt dat zijn relatie tot beide ouders: hij is zoekend naar zijn plek die hij wil en kan innemen en hij is zoekend naar erkenning.
Voor Kees is belangrijk om te weten of hij zelf mede oorzaak is van de scheiding van zijn ouders Deze schuldvraag heeft hem blijkbaar jaren belast. Hij heeft daar irreële gedachten over.
Bij de problemen met werk zijn betrokken:
- de bedrijfsvereniging en de verzekeringsarts.
- het arbeidsbureau en de arbeidsconsulent.
Bij de problemen met huisvesting zijn betrokken:
- de huisvestingsvereniging.
- de particuliere kamerverhuurder.
Toen Kees in oktober 21 jaar werd stelde hij voor zichzelf vast dat hij er nog met in staat is om als volwassene evenwichtig door het leven te gaan . Hij vond het tijd worden om schoon schip te maken en positiever in het leven te staan. Problemen op het werk en met de huisvestingssituatie verhoogden de spanningen zodanig, dat hij met meer kon functioneren.
5. Wat heeft de cliënt zelf tot nu toe aan het probleem gedaan? Wat zijn de effecten?
Wat wil hij er nog aan doen?
Kees heeft regelmatig korte bezoekjes gebracht aan zijn ouders. Doordat hij zelf niet open en duidelijk was in zijn behoeften, waren deze contacten frustrerend.
Kees zal zijn ouders vragen of zij nog over informatie beschikken over onderzoeken die in zijn jeugd gedaan zijn, en hen zeggen dat hij er behoefte aan heeft met hen te praten over het verleden.
Kees staat ingeschreven als woningzoekende bij de huisvestingsvereniging. Hij komt nog met in aanmerking voor zelfstandige woonruimte (wachtlijst). Hij wil een gesprek aanvragen om zijn situatie uit te leggen.
Kees heeft in 1995 een loopbaanonderzoek gehad via het arbeidsbureau. Hij zal de uitslag van dit onderzoek zoeken en meenemen, zodat wij meer zicht krijgen op zijn mogelijkheden en beperkingen.
6. Welke factoren houden het probleem in stand en/of welke hindernissen houden oplossingen tegen?
a. in de omstandigheden en situatie van de cliënt:
Kees is chaotisch in denken en handelen. Doordat hij zo geïsoleerd leeft krijgt hij geen duidelijke feedback en leiding, alleen kritiek Zijn ouders zijn gescheiden en leven ieder hun eigen leven met hun nieuwe gezinnen. Echte aandacht en sturing lijken te ontbreken. Broers en zussen kunnen hem dit evenmin bieden.
b. in de relatie van de cliënt met zijn omgeving ( personen en organisaties):
Kees is niet open en duidelijk in het uiten van zijn behoeften en gevoelens. Hierdoor reageert de omgeving met goed op hem. Contacten blijven oppervlakkig en frustrerend. Kees laat een onhandige, stoere, onverschillige kant zien en krijgt daar vaak kritiek op. Dit versterkt zijn negatieve zelfbeeld.
In de gesprekken met het A.M.W. laat hij zijn kwetsbaarheid en emoties beter zien: hij krijgt hierop steun en feedback, helderheid en structuur. Hij raakt hierdoor enthousiast en heeft de neiging te hard te gaan. Hij is zeer gemotiveerd. Hij komt afspraken en opdrachten goed na.
c. in de overtuigingen van de cliënt:
Kees weet van zichzelf dat hij chaotisch is en soms te impulsief handelt. Hij leert niet snel van fouten en heeft ook de neiging om de schuld bij de ander te leggen (b.v.” de hospita is een geschift mens”, of het werk is veel te zwaar, ze laten mij met zware zakken sjouwen”. Hij blijft in een overtuiging steken en maakt het probleem zwaarder en geeft er vervolgens de brui aan. Zo is hij er min of meer van overtuigd dat hij de schuld is van de echtscheiding van zijn ouders.
d. in gedrag, handelwijzen, sociale vaardigheden van de cliënt:
Kees laat onhandig, stoer en onverschillig gedrag zien. Hij is niet sociaal vaardig. Hij is impulsief. In het verleden toonde hij weinig inzichtelijk vermogen; oorzaak - gevolg inzicht.
7. De wensen van de cliënt: wat moet bereikt zijn, wil er sprake zijn wil vermindering van het probleem.
Kees hoopt inzicht en duidelijkheid te krijgen in de loop van gebeurtenissen in zijn jeugd. Hij hoopt zijn verleden en de keuze van zijn ouders te kunnen invoelen en begrijpen. Hij hoopt zichzelf beter te gaan kennen in zijn goede en minder goede kanten. Hij hoopt stabieler te worden en een “normaal” leven te kunnen leiden, met een eigen stek, met werk, met rust en regelmaat, met ooit een leuke vriendin.
HULPVERLENINGSOVEREENKOMST
1. Gewerkt gaat worden aan de volgende problemen:
Verwerking van een moeilijke jeugd door een completer beeld te krijgen van de gebeurtenissen in het verleden en de daarbij horende emoties te kunnen uiten en herschikken.
Het huisvestingsprobleem. Gekeken zal worden welke tussenstappen genomen worden tot definitieve huisvesting mogelijk is.
Het krijgen van een vaste baan. Gekeken zal worden welke opleiding en of bemiddeling nodig is hiertoe.
2. Overeengekomen doelen:
Kees hoopt rust te vinden als voor hem zijn verleden duidelijker is; hij hoopt zijn ouders te kunnen begrijpen en zelf minder verdriet te voelen. Hij hoopt dat de contacten dan zullen verbeteren.
Hij hoopt een goede woonplek te vinden, waar hij zich kan ontspannen en mensen kan ontvangen.
Hij hoopt werk te vinden, zodat hij een goede tijdsbesteding en vast ritme krijgt en een vast inkomen.
3. Overeengekomen werkwijze:
In de hulpverleningscontacten wordt tijd uitgetrokken voor het praten over het verleden, zijn gevoelens en gedachten. Gezien de gecompliceerdheid van deze verwerkingsproblematiek houden wij de mogelijkheid open om een deel van de behandeling bij het Riagg te doen. Wij kunnen dit na twee contacten beter bekijken.
In de hulpverlening wordt tijd uitgetrokken voor het bespreken van regelzaken. Er zullen afspraken en taken uit voort komen, die nagekomen en uitgevoerd moeten worden. Zowel van mij als hulpverlener, als van Kees zal een actieve en betrokken houding verwacht worden.
Om te overleggen en samen te werken met andere instanties geeft Kees zijn toestemming door het ondertekenen van de akkoordverklaring. Overleg met anderen gebeurt altijd nadat dit besproken is met Kees.
De rol van de hulpverlener zal zijn: een luisterend oor, een steunpilaar, een klankbord, een gids, een stimulans en ev. afstemmer, een bemiddelaar. In de loop van de hulpverlening zullen de accenten verschuiven, en zal Kees in een stabiele situatie zaken zelf kunnen hanteren.
4. Hoofdtaak, eerste ronde van taken:
Aan de hand van het zoeken naar meer gegevens over vroeger zal getracht worden het verleden meer in beeld te krijgen, de puzzel completer te maken.
Kees zal met zijn ouders gaan praten.
Het verkrijgen van geschikte woonruimte zal veel tijd kosten en er zullen tussenstappen gezet moeten worden. Kees maakt een afspraak voor een gesprek met de woningbouwverenging. Daarna zal ik met hen contact opnemen. Kees vraagt binnen zijn familie om een tijdelijke huisvesting.
Het verkrijgen van een geschikte baan zal tijd en overleg kosten. Momenteel is Kees met rustig en stabiel om hierin een weloverwogen keuze te maken. Om zijn inkomen veilig te stellen meldt Kees zich ziek. In een later volgend contact met de bedrijfsarts za! de situatie nader uitgelegd worden en zal om medewerking gevraagd worden.
5. Tijdsduur, aantal contacten, einddatum:
De contacten duren 1 uur. De tijd wordt opgesplitst voor het ventileren en verwerken en voor regelzaken.
In de eerste maand zullen wekelijks contacten zijn. Daarna om de 2 weken.
Naar verwachting za! het hulpverleningscontact 6 maanden duren en zal daarna een onderhoudscontact volgen.
Het streven is dat Kees zijn 22e verjaardag (in okt.) kan vieren als een jonge man in een stabiele situatie.
TAAKSELECTIE EN TAAKVOORBEREIDING
Cliënttaak 1:
Kees vraagt aan zijn vader en moeder of zij hem meer kunnen vertellen over zijn jeugd en of er informatie is van de internaatsperiode. Om in alle rust hierover met zijn ouders te kunnen praten zal Kees van te voren aankondigen dat hij graag een rustig gesprek wil voeren met hen, zodat zij met gestoord of afgeleid worden. Kees denkt hier 2 weken voor nodig te hebben. Daarna zullen wij er over praten.
Kees denkt deze taak uit te kunnen voeren, hoewel hij er zenuwachtig voor is. De wens naar duidelijkheid is motiverend.
1k heb met Kees besproken dat de gesprekken kunnen tegenvalIen, omdat zijn ouders b.v. hier weerstanden bij hebben. Ook moet hij er rekening mee houden dat in één gesprek zijn vragen niet beantwoord zullen zijn. Verder mag Kees zijn emoties laten zien; hij hoeft zich daarvoor niet te schamen. Het kan juist de ernst van zijn vragen en zijn problemen verduidelijken.
Cliënttaak 2:
Kees belt naar de bedrijfsverenging om zich ziek te melden. Dit telefonisch gesprek oefenen wij eerst, waarna Kees in mijn bijzijn zelf belt.
Daarna valt er zichtbaar een last van hem af’.
Cliënttaak 3:
Kees bedenkt waar hij voorlopig onderdak kan vragen. Hij overweegt om het zijn zus te vragen. Wij spreken tijdens het contact door welke kostprijs reëel is en welke vragen en afspraken gesteld en gemaakt moeten worden. Deze schrijven wij op, zodat Kees eraan kan denken tijdens het gesprek met zijn zus.
Hierna volgt een overzicht van de middenfase van het contact. Met contacttaken worden bedoeld de taken die tijdens het cliënt–werker contact worden verricht en met externe taken die in de tijd tussen de contacten worden verricht, zowel door cliënt als door werker.
CONTACTTAKEN / EXTERNE TAKEN
Beoordelingsschaal
0= niet uitgevoerd
1=minimaal/geen resultaat
2=gedeeltelijk gelukt
3=in belangrijke mate gelukt
4=volledig gelukt
Contacttaken scoring
17/12 1e contact na de intake
Kees belt tijdens contact naar
Bedrijfsvereniging 4
Kees schrijft vragen en afspraken m.b.t.
inwoning op 4
Externe taken
1e contact na de intake
Kees zal gesprek met ouders regelen Kees zal binnen de familie vragen om tijdelijke
huisvesting. Kees zal zich inschrijven bij huisvestingsvereniging 4
23/12 2e contact
Contacttaken
Kees vult tijdens contact zelf een formu-
lier in dat hem is toegestuurd door bedrijfsvereniging 4
Externe taken
Kees heeft geregeld dat hij voor enige tijd bij zijn zus kan inwonen 4
8/1 3e contact
Contacttaken
Intensieve bespreking over zijn jeugd n.a.v. gesprek met zijn ouders.
Ik stel Kees voor het Riagg in te schakelen voorde complexe psychische problematiek.
Ik zal eerst telefonisch met Riagg overleggen 3
Externe taken
Kees heeft van ouders rapportage meegekregen van het internaat. Ik zal dit doornemen en in volgend
contact met Kees bespreken 4
Ik overleg met Riagg, afd.adolescenten 4
22/1 4e contact
Contacttaken
Doorspreken van rapportage van internaat. Dit geeft veel duidelijkheid over
zijn jeugd. Tijdens dit contact stimuleer ik het uiten van gevoelens. Inwoning bij
zus blijkt niet goed te verlopen.
Doorspreken van knelpunten bij Kees en zus. 3
Externe taken:
Kees regelt 2e gesprek met zijn ouders, waarin hij met hen over rapportage praat.
Kees regelt inwoning bij broer en partner. Kees vraagt gesprek aan bij huisvestingsvereniging.
Na zijn gesprek zal ik telefonisch overleggen met de
woningmaatschappelijk werker 4
Kees zal zich aanmelden bij Riagg 4
Ik schrijf rapportage naar het Riagg 4
30/1 5e contact
Contacttaken:
Verwijzing Riagg is geïndiceerd. Er zal tot verder onderzoek en behandeling worden
overgegaan. Kees zal uitgenodigd worden voor screening voor 'deeltijdbehandeling'.
Ook wordt geadviseerd Kees aan te melden voor een beschermende woonvorm van het
RIBW. Hierover informatie meegegeven.
6/2 6e contact
Contacttaken:
Kees heeft een positief gevoel over de gesprekken met zijn ouders. Het is hem dui-
lijk dat hij geen schuld aan hun scheiding had. Hij ervaart het als intens triest dat zij
scheidden, uitgerekend toen hij terugkwam uit het internaat, waardoor zijn ouders hem
niet goed konden opvangen en begeleiden. Zijn ouders erkenden dat zij de gevolgen
voor Kees niet goed hadden ingezien en teveel met hun eigen problemen en nieuwe
relaties bezig waren. Kees laat zien dat hij hierover erg verdrietig is. Wij praten over
dat wat Kees het meest gemist heeft en waar hij nu behoefte aan heeft: hij zou heel
graag nog een tijdje in een 'gewoon' gezin wonen.
Kees is bij bedrijfarts geweest. Het is hem gelukt rustig en duidelijk de situatie uit te
leggen. Bedrijfsarts schrijft 2 maanden ziektewet bij. Dit geeft Kees rust om verder
te werken aan zijn problemen. Wij maken een afspraak met de arbeidsconsulente
van het arbeidsbureau waar Kees in het verleden ook contact mee had.
Het wonen bij broer verloopt goed. Broer is directief en er zijn duidelijke afspraken ge-
maakt o.a. over automatisch overschrijven van kostgeld en over de termijn van inwoning
(uiterlijk tot dec. a.s.)
Wij praten over een vorm van vrijetijdsbesteding. Kees kiest ervoor om te gaan trimmen.
Dit heeft hij vroeger ook als prettig ervaren.
Kees is voorgekomen bij de rechtbank. Hij krijgt een boete opgelegd en moet, als educatieve
maatregel, een cursus volgen.
Als contacttaak wordt een financieel overzicht gemaakt. Kees heeft voldoende draagkracht
om de boete te betalen. Tevens wordt bekeken welke zaken automatisch afgeschreven kunnen worden.
Externe taken:
Kees heeft informatie gelezen van het RIBW. Het lijkt hem positief. Ik stel voor om in de RIBW huizen
in ……. te gaan kijken. Kees maakt tijdens ons contact telefonisch een afspraak hiervoor
18/2 Gesprek met arbeidsconsulente
Afgesproken wordt voorlopig geen overhaaste stappen te zetten. Aan de hand van de eerder gedane test en
loopbaanonderzoek zal onderzocht worden welke mogelijkheden er voor Kees zijn.
Kees is bij de beschermde woonvorm gaan kijken en is zeer resoluut in zijn mening dat dit niets voor hem is.
Kees gaat 2 keer per week trimmen. Hij sluit zich aan bij een atletiekvereniging. Dit geeft hem veel
voldoening 4
Kees zal bijhouden waar hij zijn geld aan besteedt. Over een maand bekijken wij dit kasboek
28/2 Telefonisch contact
Kees heeft gesprek gehad op Riagg over deeltijdbehandeling. Hij stond hier niet positief tegenover.
Zijn weerstanden waren o.a. dat hij het emotioneel niet aankan en weer opnieuw in verwarring gebracht
wordt. Bovendien ziet hij ertegen op om 3 dagdelen per week met andere problematische jongeren te
werken. Hij verwachtte er niets nieuws te kunnen leren, vindt het zonde van zijn tijd en geeft de voorkeur
aan het doorzetten van het contact met het AMW waar hij zich meer op zijn gemakt voelt en resultaten ziet.
Het Riagg heeft mij telefonisch op de hoogte gebracht van zijn besluit. Afgesproken wordt de aanmelding
op te houden: mogelijk dat Kees op zijn besluit terug komt. 2
6/3 7e contact Maatschappelijk werk gaat op zoek naar een gastgezin. Hiertoe benader ik het gastgezinnen-
project met de vraag of zij in hun oude bestand gezinnen kennen. De pleegzorgcentrale met dezelfde vraag.
Collega’s binnen de instelling. Na veel bellen, schrijven en wachten op antwoord komt hier geen ge-
schikt gezin uit. Wel krijgen wij de tip om een advertentie te plaatsen zoals de pleegzorgcentrale dat
meestal doet. 2
6/3 7e contact
Contacttaken:
Doorgesproken wat het betekent dat Kees zowel Riagg deeltijdbehandeling als wonen in beschermde
woonvorm afwijst. Waar staan wij nu in het hulpverleningsproces: wat is bereikt, wat is verbeterd
en wat vraag om bijstelling in het doel en in de taken.
Met betrekking tot het hoofdprobleem, onduidelijkheid over en verwerking van zijn jeugd, geeft Kees
te kennen dat dit voor hem grotendeels verhelderd is.
Hij betreurt het dat hij de dupe is van de echtscheiding van zijn ouders en van het ontbreken van goede
begeleiding en structuur in de thuissituatie. Juist hij, als kwetsbaar kind met zijn aanleg
(persoonlijkheidsstoornis met epileptoïd karakter - volgens rapportage), had dit extra hard nodig. Dit
ontbreken van een goede thuisbasis en begeleiding is mede de oorzaak geweest van nieuwe gedragspro-
blemen in zijn puberteit. Kees beseft dat hij de verantwoording over zijn leven nu beter wil nemen.
Het contact met zijn ouders is aanzienlijk verbeterd. Met name het contact met zijn vader
vindt Kees goed.
Dit alles heeft Kees rustiger en sterker gemaakt. Hij geeft te kennen dat dit probleem voor
hem op dit moment voldoende aan de orde is geweest. 4
Alvorens zelfstandig te gaan wonen wil Kees gedurende 1 jaar in een gast/pleeggezin
wonen. Hij wil de ervaring van een gezonde gezinssituatie meemaken met warmte, saamhorigheid, zorg en
sturing.
Besloten wordt te zoeken naar een gastgezin. Ik zal informeren naar mogelijkheden. Wij
maken een inventarisatie van wensen en beperkingen 4
Externe taken:
Maatschappelijk werk gaat op zoek naar pleeggezinnen. Hiertoe benader ik het gastgezinnenproject
met de vraag of zij in hun oude bestand gezinnen kennen. Hetzelfde doe ik met de pleeggezincentrale.
N veel gebel en geschrijf komt hier geen gezin uit. Advies om advertentie te plaatsen 2
20/3 8e contact
Contacttaken:
Het wachten op een antwoord/reactie op onze zoektocht is erg spannend voor Kees. Deze externe taak kost tijd. Ik breng Kees op de hoogte van mijn stappen en pogingen.
Wij stellen samen een advertentie op 4
Externe taken:
Ik overleg met de regio-manager over de advententie.Zij geeft groen licht.
Kees zal zorg dragen voor de plaatsing en kosten van de advertentie. 4
2/4 9e contact
Contacttaken:
Tijdens dit gesprek praten wij over een goede dagindeling en vrijetijdsbesteding van Kees. Wij spreken Kees' bestedingspatroon door. Hij heeft de neiging in vlagen veel geld uit te geven aan presentjes voor anderen. Wij
spreken een maximaal bedrag af (f.15.- voor (stief)broers en zusjes en f.25 voor zijn vader en moeder). Kees geeft te kennen een andere auto te kopen. Daartoe is niet gereserveerd. Het kan dus niet. Hij zal hiervoor moeten sparen.
Externe taken:
Kees zal om half negen opstaan. Hij bespreekt met broer en partner uitbreiding
van taken thuis. Naast de atletiek wordt hij lid van de voetbalvereniging 4
Ton opent een spaarrekening waarop automatisch maandelijks f.100.- gestort wordt 4
28/4 10e contact
Contacttaken:
De zoektocht naar een gastgezin heeft niets opgeleverd. Op de advertentie is geen reactie gekomen. Kees besluit
zich te richten op het weer zelfstandig gaan wonen. Hij durft dit nu wel aan. Hij kan hierbij gebruik maken van de ambulante woonbegeleiding van het RIBW. Bovendien is het contact met zijn familie verbeterd en kan hij op hen terugvallen. Dit zal met de instelling worden besproken.
Kees zal in het bezoek aan de bedrijfarts te kennen geven zich in staat te voelen over werk en mogelijkheden
met de arbeidsconsulente te praten.
Externe taken:
Kees bespreekt met huisvesting de stand van zaken en zijn wens om in aanmerking te komen voor kamerbewoning. Op 10/5 heeft gesprek plaats gevonden. Zijn aanvraag zal worden gehonoreerd 4
13/5 11e contact
Externe taken:
In overleg met de bedrijfsarts en de arbeidsconsulente wordt gezocht naar geschikt werk. Kees besluit zijn scholing en werk in het stukadoorsvak toch voort te zetten. Hij is hiertoe nu beter gemotiveerd. Hij krijgt meer begeleiding hierbij 4
29/5 12e contact
Kees begint in juni bij een ander stukadoorsbedrijf. Hij heeft er zin in. Hij is opgetogen en trots op zichzelf. Hij heeft in een half jaar tijd het stuur weer meer in handen.
9/6 telefonisch contact
Kees belt, volgens afspraak, om mij op de hoogte te houden. Het werk bevalt goed. Hij krijgt goede begeleiding
en hij stelt minder hoge eisen aan zichzelf.
Hij leidt een regelmatig leven: op tijd naar bed en vroeg op. Dit lukt goed. Koken voor zichzelf betekent nu een magnetronmaaltijd opwarmen.
20/8 13e contact
Externe taken:
Kees heeft bericht van de huisvestingsvereniging. Hij kan kiezen tussen een kamer op de begane grond met een huurprijs van f.650.- per maand of een ruime zolderkamer voor f.450.- per maand in hetzelfde pand. Wij maken een berekening van inkomsten en vaste lasten. Kees kiest voor de zolderkamer. Hij hoeft hierbij geen extra uitgaven te doen, daar hij met zijn spullen meteen kan intrekken 4
Het gaat goed met Kees. Hij voelt zich sterker en rustiger. Hij heet weer plezier in de dingen die hij doet.
Het werk bevalt hem goed; zijn baas is tevreden. Zijn proeftijd is voorbij; hij is nu in vaste dient. 4
Zijn doelen zijn bereikt. Het hulpverleningscontact kan worden afgesloten. Met de overdracht naar de ambulante woonbegeleiding wil Kees voorlopig wachten. Hij wil zelfstandig en zonder begeleiding proberen te zijn.
Wij besluiten in oktober een follow-up contact af te spreken. Kees wordt dan 22 jaar en wij gaan symbolisch vieren dat hij zijn doelen bereikt heeft.
15/10 Follow-up contact
Ton heeft gebak meegebracht. Wij evaleren het hulpverleningscontact.
De opbrengst van de hulpverlening wordt als goed ervaren. Kees voelde na enkele contacten al verlichting
En had vertrouwen in het slagen van de hulpverlening.
Hij heeft het contact als zeer steunend en kalmerend ervaren. Er was voldoende tijd en aandacht voor hem en hij voelde zich serieus genomen. Het werken met het TGH model gaf hem en mij houvast en richting
Door de taken was hij zelf verantwoordelijk voor het slagen van de hulpverlening. Bovendien was daar door alles goed te overzien.
Evaluatie
Als antwoord op de evaluatievragen bij afronding schreef Kees dat zowel hij als anderen vonden dat zijn oorspronkelijke doelstellingen in belangrijke mate waren gehaald.
Over de manier van werken zegt hij: Goed. Heel duidelijk en goed te overzien waar we mee bezig zijn. Ik vond het ook leuk dat ik opdrachten kreeg en dat die daarna besproken werden. Je ziet dan welke dingen gelukt zijn.
Over het verder gaan zonder hulp zegt hij: Ik voel mij veel rustiger en sterker en heb beter door hoe ik in moeilijke situaties moet denken voor ik iets doe. Ik durf ook meer te vragen of te zeggen. Als ik ergens mee zit durf ik naar het maatschappelijk werk terug te gaan.
Vervolg? Zo ja waarom? Ja, na 3 maanden. Ik vind het moeilijk om nu helemaal geen contact meer te hebben en om alles alleen te doen, hoewel ik denk dat ik het nu kan.
Van het AMW krijg ik dan weer tips. Dat vind ik prettig.
Het eindoverzicht ziet er als volgt uit:
Oorspronkelijke probleemomschrijving:
Psycho-sociale problematiek. Kees loopt vast in zijn sociale redzaamheid. Hij heeft spanningsklachten en is de greep op zijn leven kwijt.
Oorspronkelijke doelstelling:
- verwerken van gebeurtenissen uit het verleden
- bereiken van zekerheid en stabiliteit in wonen en werken
Huidige probleemomschrijving:
Kees ervaart nu geen problemen
Wat is van doelstelling gehaald?
Kees heeft delen uit zijn verleden onderzocht en doorgesproken. Dit heeft hem duidelijkheid en begrip opgeleverd, meer rust en een beter contact met zijn ouders. Kees heeft een eigen woonruimte en vast werk.
Welke taken bleken het meest effectief?
De contacttaken: het doorpraten van gegevens uit rapporten en uit gesprekken met zijn ouders (externe taken)
Het zetten van afgebakende stappen bij en met instanties en de ervaringen meteen nabespreken.
Afgesproken aantal contacten: 20
Werkelijk aantal contacten: 14